Richting en balans

Nog steeds wordt in veel anatomie boeken elke spier afzonderlijk besproken. Qua beweging en functionaliteit klopt dat niet. Spieren werken nooit alleen. Er zijn altijd andere spieren die ook betrokken zijn bij een beweging. Om te ondersteunen bijvoorbeeld of om af te remmen zodat je niet doorschiet. Logischer is het om spieren in een groter verband te zien in combinatie met bindweefsel. Spieren liggen in een bed van bindweefsel. Spieren leveren de kracht. Bindweefsel geeft de beweging door. Net zoals een hand aan een t-shirt trekt. De hand levert de kracht en via de stof van het t-shirt wordt de beweging door gegeven.
Zo zijn we voortdurend in beweging. En over het algemeen weet het lichaam feilloos zijn weg te vinden.
Tom Myers, een belangrijke pionier in de wereld van het bindweefsel heeft de laatste 20 jaar een model ontwikkeld voor deze innerlijke richtlijnen waarlangs we bewegen.
Hij noemt deze bot-spier-bindweefsel verbindingen “Anatomy trains”. Je bewust worden van deze lijnen en hoe ze werken kan je helpen om met meer gemak en souplesse te bewegen.

Pilates is erg geschikt om deze lijnen via beweging te leren kennen. Ik integreer de lijnen dan ook steeds meer in mijn lessen.

In totaal zijn er twaalf functionele spier-bindweefsel lijnen via welke we bewegen.

  • een oppervlakkige voor en achter lijn. Zij maken en controleren de bewegingen van buigen en strekken.
  • twee oppervlakkige zijlijnen. Zij maken en controleren de zijwaartse bewegingen, van links naar rechts.
  • een spiraal lijn. Maakt driedimensionale bewegingen mogelijk. Zorgt voor lenigheid en dynamische stabiliteit.
  • een diep liggende frontale lijn. Zij is de ondersteuning voor alle andere lijnen.Zij verzorgt stabiliteit van binnenuit.

Bovengenoemde lijnen lopen van de voeten tot het hoofd.

Dan verder nog:

  • 4 arm lijnen, 2 voor en 2 achter. Zij maken armbewegingen mogelijk. En ze hebben bindweefsel verbindingen met de oppervlakkige voor en achter lijn. Wat maakt dat de bewegingen van de armen en de bewegingen van je torso elkaar wederzijds beïnvloeden.
  • 3 functionele lijnen. Een voorste, achterste en een zijlijn. dit zijn andere lijnen als de oppervlakkige voor, achter en zij lijnen. Ze lopen over de torso en verbinden armen en benen met elkaar. Zo maken ze complexe bewegingen mogelijk zoals een bal gooien, op één been staan, klauteren op een klimwand, zwemmen(borstcrawl) etc

Als de lijnen in balans zijn ontstaat er harmonie, ontspanning en gemak van bewegen.

Als voorbeeld van een Pilates oefening neem ik de ‘Beaststroke Prep’. Het doel van deze oefening is het strekken van de bovenrug terwijl bekken en onderrug stabiel blijven. Door nu je tenen in de mat te duwen en je benen te activeren voordat je je bovenrug strekt word je je de hele achterste oppervlakkige lijn gewaar. Je merkt dat je hele lichaam mee werkt om een deel, je bovenrug, te strekken. Zo worden de krachten beter verdeeld en kan de oefening makkelijker en zorgvuldiger uitgevoerd worden.