Buikspieren trainen helpt tegen rugpijn?

Vaak hoor je dat als je last van je rug hebt je je buikspieren meer moet trainen voor steun en stabiliteit. En vaak is dat een goede oplossing. Maar niet altijd. Je buikspieren zijn namelijk niet alleen. Sowieso bestaan ze al uit een aantal lagen met elk een eigen functie en karakter. Allemaal zijn ze betrokken bij de ademhaling, beweging en stabiliseren. Maar de diepste lagen focussen meer op stabiliteit en de buitenste lagen meer op beweging. Interessant om te checken of je ze zo ook gebruikt. Of gebeurt er het omgekeerde? Stabiliseer je met de buitenste laag die bestemd is om te bewegen?

Daarnaast vormen de buikspieren via bindweefsel verbindingen met andere spieren. En dit spel van samenwerken en trekken moet in balans zijn.

Een belangrijk doorgeef station is de bindweefselplaat van je onderrug, de thoracolumbale fascie. Ik noem dit gebied ook wel het Julianaplein van je lichaam omdat er van alle kanten spier-bindweefsel samenkomen, elkaar kruisen, eventueel van richting veranderen en weer verder gaan.

Bindweefsel bevat veel proprioceptoren, zgn zelf waarnemers. Dit zijn zenuwuiteinden die informatie door geven aan de hersenen over waar je je bevindt in de ruimte, hoeveel kracht je nodig hebt, over de lengte van je spieren en de trekkracht van je pezen. Maar als dit bindweefsel te strak gespannen staat of te slap is kan het z’n werk niet goed doen. En krijgen je hersenen dus niet de goede informatie om je spieren aan te sturen.

Bindweefsel bevat minder bloedvaten dan spieren. Door te kloppen of te masseren stimuleer je de doorbloeding. Dat bevordert een betere samenwerking tussen bindweefsel, hersenen en spieren. Aandacht besteden aan je onderrug-peesplaat kan zo rugpijn verlichten.

Om te oefenen:

nodig: handen of zachte ballen of een elastische weerstandsband of allemaal

Hoe neem je onderrug op dit moment waar? Bespeur je ergens spanning? Of merk je onbalans, pijn? Zijn er nog andere opmerkelijke zaken?
Kom staan met de knieën en heupen gebogen en zet je bekken in beweging. Terwijl je beweegt klop je je onderrug af met je vuisten of met zachte ballen.

Bewegingen die je kunt maken zijn
– kiepen van je bekken naar voren en naar achteren. Dit maakt dat je je onderrug strekt en buigt
– wervelkolom naar links en naar rechts buigen
– rotatie van de wervelkolom
– diagonaal buigen en roteren van de onderrug. kant 1 – kant 2
– willekeurige bewegingen waar je zin in hebt

In plaats van ballen kun je ook een elastische weerstandsband gebruiken die vlak boven je bekkenrand tegen je onderrug aanlegt. Trek de band met beide handen iets naar voren terwijl je de bewegingen maakt

Neem opnieuw je lichaam waar. Is er iets veranderd? En bevalt dat?